Page 37 - MEE Signaal
P. 37

 Knelpunten
Een tekort aan logeerplekken is in toenemende mate een probleem, zowel in de Wmo als in de Wlz. De indruk is dat gemeenten zowel in de Wmo als in de Jeugdwet te krap contracteren, waar- door zorgaanbieders logeeropvang schrappen uit hun dienstverleningspakket. Ook wordt het aantal logeerplaatsen afgebouwd, omdat instellingen aangeven niet de gevraagde kwaliteit en continu- iteit te kunnen leveren. Factoren zijn dat zij niet de benodigde menskracht kunnen krijgen (aantal, ervaring, expertise). Of zij zeggen onvoldoende middelen te hebben om de bezetting te kunnen afstemmen op de zwaardere ondersteunings- vragen. Dat geldt in het algemeen zo, maar zeker bij specifieke groepen, zoals mensen met:
intensievere ondersteuningsvragen (niet- aangeboren hersenletsel);
bijkomende gedragsproblematiek (zoals VG7); een combinatie van aandoeningen, zoals combinaties van LVB en autisme, fysieke en/of psychiatrische aandoeningen;
bijkomende ondersteuningsvragen (beade- mingszorg, auditief gehandicapte kinderen). Dit vergt specifieke expertise, meer intensieve en niet-planbare inzet en daardoor extra capaciteit.
Door gebrek aan doorstroming in het gehele aanbod worden logeerplekken benut voor tijdelijke zorg of als crisisplek.
De tarieven voor logeeropvang zijn sterk gestegen. Daardoor legt logeren een veel groter beslag op het beschikbare (persoonsgebonden) budget. Omdat het totale budget niet gestegen is, gaat
het dan of ten koste van andere benodigde onder- steuning/zorg of er kan minder gebruik gemaakt worden van logeeropvang.
Oplossingen
Investeer in een groter en meer gevarieerd aanbod logeervoorzieningen, door:
het aantrekkelijker maken voor zorgaanbieders om logeeropvang aan te bieden. Dit kan door het bieden van hogere vergoedingen voor zorg- aanbieders, zeker als zij met logeervoorzien- ingen inspelen op doelgroepen met een meer complexe en intensieve ondersteuningsvraag; het vergroten van de benodigde kennis bij
(zorg professionals door specifieke opleiding en samenwerking tussen zorgaanbieders.
Als individuele zorgaanbieders onvoldoende capaciteit hebben om de logeerplekken kwalit- atief te waarborgen, kunnen zij dat met een gebundelde inzet mogelijk wel.
Bied hogere (persoonsgebonden) budgetten aan hulpvragers met een logeerbehoefte of hanteer lagere tarieven voor logeeropvang voor pgb-hou- ders, zodat logeren niet ten koste gaat van andere noodzakelijke zorg in de thuissituatie.
Benut ervaringen van de pilots logeerzorg voor senioren. Deze maken onderdeel uit van het bin- nen de ouderenzorg lopende programma Langer Thuis. Er is in 2018 een landelijk aanjager res- pijtzorg aangesteld, die samen met gemeenten, zorgverzekeraars en zorgaanbieders de respijtzorg voor mantelzorgers en ouderen moet verbeteren. Ook de bovengenoemde andere specifieke doel- groepen (mensen met gedragsproblemen, inten- sievere of bijkomende ondersteuningsvragen en/ of een combinatie van aandoeningen) lopen zoals aangegeven tegen dezelfde problemen aan en kunnen baat hebben bij vergelijkbare oplossingen.
Overige casuïstiek
                37


















































































   35   36   37   38   39